De federale regering kwam tot een akkoord over de hervorming van de sociale zekerheidsregels voor kunstwerkers. Hieronder geven we een samenvatting van deze hervorming.

Met welke vragen kan je bij Cultuurloket terecht?

We krijgen heel wat vragen binnen via ons contactformulier over de hervorming van het kunstenaarsstatuut. Om ervoor te zorgen dat je met je vragen bij de juiste organisatie aanklopt, lijsten we even op waarvoor je bij ons terecht kan. Neem contact met ons op als je...

  • wilt weten of je in aanmerking komt voor de kunstwerkuitkering (voor de praktische zaken van je aanvraag kan je best contact opnemen met je uitbetalingsinstellingen, zij dienen deze in bij de RVA).
  • wilt begrijpen welk statuut voor jou interessant is (zelfstandige of werknemer).
  • wilt weten hoe de kunstwerkuitkering past binnen je bredere verdienmodel.
  • wilt weten hoe je naast de kunstwerkuitkering kan bijverdienen.
  • andere vragen hebt over werken of tewerkgesteld worden in de cultuursector.

De ‘kunstwerker’ staat centraal

Voortaan spreken we over de kunstwerker. Dat is een persoon die artistiek, artistiek-technisch of artistiek-ondersteunend werk verricht in de kunsten. Denk bijvoorbeeld aan schrijvers en dansers, maar ook aan beeld- en geluidsmonteurs, geluidstechnici, een casting-directeur of een scenograaf. De kunstwerker krijgt toegang tot een set voordeelregels in de sociale zekerheid.

Een nieuw kunstwerkattest

Om toegang te krijgen tot de voordeelregels, heb je een kunstwerkattest nodig vanaf 1 januari 2024. Voor de aflevering van dat attest wordt de Kunstwerkcommissie opgericht. De Commissie Kunstenaars verdwijnt. Er zijn drie versies van het kunstwerkattest: 

  • Kunstwerkattest: dit attest geeft toegang tot de volgende voordeelregels:
    • De regeling van de primostarters voor zelfstandige kunstwerkers: dit laat toe om gedurende 8 kwartalen verlaagde sociale bijdragen te betalen. De primostartersregeling is mogelijk sinds 1 oktober 2022 als je in het bezit bent van een zelfstandigheidsverklaring. Na oprichting van de Kunstwerkcommissie volstaat een kunstwerkattest.
    • De ‘artikel 1bis’-regeling: dit laat je toe om sociale zekerheid op te bouwen als werknemer in een situatie waar je geen arbeidsovereenkomst kan afsluiten omdat je opdrachtgever over jou geen gezag uitoefent.
  • Kunstwerkattest plus: toegang tot de voordeelregels in de werkloosheidsreglementering (zie hieronder) en de voordeelregels onder het kunstwerkattest.
  • Kunstwerkattest starter: toegang tot de voordeelregels in de werkloosheidsreglementering voor kunstwerkers en de voordeelregels onder het kunstwerkattest. Om dit attest te krijgen gelden versoepelde voorwaarden voor starters.

De Kunstwerkcommissie krijgt nog een heleboel extra taken (bv. fungeren als digitaal expertisecentrum, uitwerken van een een levend kadaster met de criteria om in aanmerking te komen voor een kunstwerkattest, meldpunt voor misbruiken...).

Hoe verkrijg je een kunstwerkattest (plus)?

Je vraagt je kunstwerkattest aan op het toekomstig nieuw platform Working in the Arts. In die aanvraag toon je een professionele praktijk in de kunsten aan. Een professionele praktijk houdt in dat je tijdsinvestering en beroepsinkomsten volstaan om in een deel van je eigen levensonderhoud te kunnen voorzien. De Kunstwerkcommissie zal hiervoor kijken naar een voorafgaande periode van 5 jaar. Afhankelijk van het type attest moet je aan verschillende minimale voorwaarden voldoen.

Je toont voor een professionele praktijk in de kunsten minstens volgende bruto inkomsten uit artistieke activiteiten:

  • Voor een kunstwerkattest: minstens 1.000 euro bruto in een referteperiode van 2 jaar
  • Voor een kunstwerkattest plus:
    • Bij een eerste aanvraag:
      • 13.546 euro bruto in een periode van 5 jaar
      • 5.418 euro bruto in een periode van 2 jaar
    • Bij een hernieuwing:
      • 4.515 euro bruto in een periode van 5 jaar
      • 2.709 euro bruto in een periode van 3 jaar

De activiteiten die in aanmerking komen, zijn activiteiten die een noodzakelijke (technische / ondersteunende) artistieke bijdrage leveren aan een artistieke creatie of uitvoering. Dat wil zeggen dat, zonder de bijdrage van die persoon, hetzelfde artistieke resultaat niet zou zijn bereikt. De activiteit is primair artistiek, dus ticket- en drankverkoop, administratie en programmatie, opbouw van een podium of het maken van websites komen bijvoorbeeld niet in aanmerking.

Kunstwerkattest starter

Om het kunstwerkattest starter te krijgen gelden versoepelde voorwaarden zodat starters makkelijker toegang krijgen tot de voordelen van het kunstwerkattest plus in het begin van hun carrière.

Starters voldoen aan de volgende voorwaarden:

  • Een diploma hoger voltijds kunstonderwijs of relevante opleiding of gelijkwaardige ervaring in de sector
  • Een bewijs van deelname aan één van de volgende trajecten:
    • een vormingstraject waarbij je je laat begeleiden bij het ontwikkelen van een loopbaan-, financieel- of ondernemingsplan;
    • een opleiding in het hoger onderwijs waarbij je een loopbaan-, financieel- of ondernemingsplan ontwikkelt;
    • een zelf uitgewerkt loopbaan-, financieel- of ondernemingsplan om tijdens de duurtijd van je startersattest een professionele loopbaan in de kunsten uit te bouwen.
  • In de 3 voorgaande jaren minstens 5 activiteiten of voor minstens 300 euro bruto via artistieke activiteiten verdiend hebben.

Je geniet van de neutralisering

De nieuwe regels voorzien dat personen die bij inwerkingtreding van de nieuwe regels recht hebben op de neutralisering van hun uitkering, automatisch recht hebben op het kunstwerkattest plus voor een geldigheidsduur van 5 jaar.

Personen in het bezit van een kunstenaarsvisum hebben automatisch recht op het kunstwerkattest voor de duur van het visum. Als het visum nog minder dan 2 jaar geldig is, wordt de geldigheid van het kunstwerkattest tot op 2 jaar gebracht.

Kunstwerkuitkering

Voortaan geldt geen onderscheid meer tussen de toegang tot de werkloosheid en de neutralisering van je uitkering. Om een kunstwerkuitkering te ontvangen bewijs je als kunstwerker, ongeacht de leeftijd, 156 dagen in een referteperiode van 24 maanden (en ben je in de toekomst in het bezit van het kunstwerkattest plus of starter).

De toegangsvoorwaarden zijn dus versoepeld en vereenvoudigd. Vanaf 1 januari 2024 heb je ook geen onderscheid meer tussen artistieke en niet-artistieke prestaties voor de werkloosheidsreglementering. In de toekomst oordeelt enkel de Kunstwerkcommissie over je professionele artistieke praktijk.

De berekeningsregels veranderen : onder de nieuwe regels is enkel je verdiende brutoloon van belang. Dat brutoloon wordt dan omgerekend naar een aantal gewerkte dagen. Het oude onderscheid tussen gewerkte dagen en taakloon verdwijnt vanaf 1 januari 2024.

Je hebt recht op die uitkering voor een periode van 3 jaar. Nadien vraag je een hernieuwing aan. Daarvoor bewijs je 78 gewerkte dagen in een referteperiode van 36 maanden. Je hebt enkele versoepelingen, zoals voor mensen die al minstens 18 jaar de neutralisering van hun uitkering genieten of zwangerschapsverlof hadden: dan bewijs je 39 dagen in diezelfde periode van 36 maanden.

Mensen die op 30 september 2022 al van de huidige voordeelregels genieten, zijn sinds 1 oktober 2022 automatisch overgeschakeld naar de kunstwerkuitkering. Meer informatie over de kunstwerkuitkering kan je hier vinden.

Van KVR naar amateurkunstenvergoeding

De KVR wordt de amateurkunstenvergoeding (AKV). De AKV is een onkostenvergoeding waarop je geen belastingen of sociale bijdragen verschuldigd bent.

De AKV kan je enkele gebruiken voor (i) artistieke prestaties (ii) in opdracht. Artistiek-technische of artistiek-ondersteunende activiteiten komen niet in aanmerking. Enkel natuurlijke personen kunnen met een AKV betaald worden, maar de naam is wat bedrieglijk: je hebt geen regel die stelt dat enkel amateurkunstenaars hiervan gebruik kunnen maken.

Iedereen (zowel natuurlijke personen als rechtspersonen en feitelijke verenigingen) kan opdrachtgever zijn en via AKV betalen. Wel dienen opdrachtgevers die per kalenderjaar meer dan 100 dagvergoedingen een jaarlijks rapport in met een verantwoording van het gebruik van de AKV en een overzicht van klanten en omzet verbonden aan de activiteiten waarvoor de AKV werd gebruikt als betaalmiddel.

Opdrachtnemers en opdrachtgevers moeten zich op het platform Working in the Arts registreren en zullen ook alle betalingen via dat platform registreren (vanaf 1 januari 2024).

De huidige teksten voorzien dat de AKV minimaal 45 euro en maximaal 70 euro kan bedragen. Daarboven kan een opdrachtgever ook een reële verplaatsingsvergoeding van maximaal 20 euro betalen, maar hiervoor zijn kostenbewijzen nodig.

Opdrachtgevers die per kalenderjaar meer dan 500 euro via AKV uitkeren, betalen ook een solidariteitsbijdrage van 5% aan de RSZ.

Wat is de huidige stand van zaken?

Op 23 augustus 2022 werden de nieuwe regels over de kunstwerkuitkering gepubliceerd: die regels zijn vanaf 1 oktober 2022 van toepassing. De nieuwe Kunstwerkcommissie, de amateurkunstenvergoeding en het WITA-platform treden pas op 1 januari 2024 in werking.

Tot dan zitten we in een overgangsfase: je kan wel al een kunstwerkuitkering aanvragen maar nog geen kunstwerkattest. Geniet je vandaag al van de voordeelregels, dan krijg je automatisch de kunstwerkuitkering (en een kunstwerkattest plus). Voor anderen geldt tijdelijk een samenloop van nieuwe en oude regels.

De Commissie Kunstenaars deelde een brochure met meer info over de hervorming.

 

Blijf op de hoogte

Volg ons op sociale media of via onze nieuwsbrief en blijf up-to-date over de hervorming:

1