Ben je artistiek, technisch-artistiek of ondersteunend artistiek aan het werk in België?

Dan kom je misschien in aanmerking voor de kunstwerkuitkering. Sinds 1 januari 2024 gelden nieuwe regels. De kunstwerkuitkering is een van de voordeelregels voor kunstwerkers.

Kom er meer over te weten in dit webinar:

Hervorming van de regels

Het recht op een kunstwerkuitkering kadert in een brede hervorming van het statuut van de kunstwerker. Lees op onze site ook het samenvattend artikel over de hervorming van de sociale zekerheidsregels voor kunstwerkers.

Kunstwerkattest plus of starter

Vanaf 1 januari 2024 kan je enkel een kunstwerkuitkering aanvragen als je in het bezit bent van een kunstwerkattest plus of starter. Je vraagt deze attesten aan via het platform Working in the Arts van de Kunstwerkcommissie.

Automatische toekenning

Heb je op 31 december 2023 een kunstwerkuitkering, dan ontvang je automatisch een kunstwerkattest plus dat geldig is voor een periode van 5 jaar (tot 1 januari 2029).

Bewijs van gewerkte dagen

Heb je een kunstwerkattest (plus of starter) aangevraagd en ontvangen? 

Dan kan je een kunstwerkuitkering aanvragen op basis van 156 voltijds gewerkte dagen binnen de 24 maanden voor je aanvraag, ongeacht of dit artistieke of technisch-artistieke dagen zijn.

Alleen dagen gewerkt als werknemer tellen mee, waarbij het minimumloon werd gerespecteerd en sociale bijdragen betaald zijn. Dus via bijvoorbeeld een arbeidsovereenkomst, interim-contract of 1bis-overeenkomst.

Verlenging van je referteperiode

Kon je niet werken tijdens de referteperiode (de periode waarin je je dagen moet bewijzen)? In bepaalde gevallen verlengt men de referteperiode, waardoor je binnen een langere periode je dagen kan bewijzen. De referteperiode van 24 maanden bij een aanvraag, hernieuwing of terugkeer naar de kunstwerkuitkering wordt verlengd met de dagen waarop je

  • niet kon werken door overmacht,
  • een zelfstandig hoofdberoep voor minstens 3 maanden uitoefende,
  • een arbeidsongeschiktheidsuitkering ontving,
  • moederschapsuitkeringen, adoptieverlof of uitkeringen bij vaderschapsverlof ontving.

Dagen berekenen via de omzettingsregel

Voor kunstwerkers met een kunstwerkattest bestaat een afwijkende berekeningsregel om het aantal gewerkte dagen te bewijzen. Dit is de omzettingsregel. Deze regel geldt ongeacht de aard van het werk, al dan niet artistiek, technisch-artistiek of ondersteunend-artistiek. Ook niet-artistiek werk telt mee, bijvoorbeeld in de horeca, administratie of logistiek.

Het aantal arbeidsdagen bereken je aan de hand van jouw brutoloon. Dat brutoloon deel je door 76,70 (= 1/26e van het gewaarborgd minimum maandinkomen) om het aantal arbeidsdagen te berekenen (toepassen op prestaties vanaf 1/11/2023).

  • Voor de periode van 1/12/2022 tot 30/10/2023: 75,19.
  • Voor de periode van 1/11/2022 tot 30/11/2022: 73,72.
  • Voor de periode van 1/08/2022 tot 31/10/2022: 72,27.
  • Voor de periode van 1/05/2022 tot 31/07/2022: 70,86.
  • Voor de periode van 1/04/2022 tot 30/04/2022: 69,47. 
  • Voor de periode van 1/03/2022 tot 31/03/2022: 66,35.
  • Voor de periode van 1/01/2022 tot 28/2/2022: 65,05.
  • Voor de periode van 1/09/2021 tot 31/12/2021: 63,78.
  • Voor de periode van 1/03/2020 tot 31/08/2021: 62,53.

Voorbeeld

Een muzikante krijgt een loon van 500 euro bruto voor een optreden op 12 november 2023. Haar aantal arbeidsdagen = 500 : 76,70 = 6,52.

Het resultaat is begrensd tot maximum 78 dagen per kwartaal (max. 5.982,60 euro) en wordt door de RVA afgerond tot 2 cijfers na de komma.

Voorbeeld

Onze muzikante is van 5 tot 25 mei 2024 en van 10 tot 30 juni 2024 aanwezig op repetities. Per periode krijgt ze een loon van 3.500 euro bruto. Het aantal arbeidsdagen = 7.000 : 76,70 = 91,26. Het aantal arbeidsdagen dat meetelt in de opbouw van een kunstwerkuitkering wordt voor dat kwartaal teruggebracht tot maximum 78.

Kunstwerkuitkering aanvragen

Kom je aan 156 gewerkte dagen? Dan kan je een kunstwerkuitkering aanvragen.

De kunstwerkuitkering vraag je aan via je uitbetalingsinstelling (vakbond of hulpkas voor werkloosheidsuitkeringen) via een formulier C181, samen met een C1-attest in geval van een eerste uitkeringsaanvraag of bij een wijziging van je persoonlijke situatie. 

Als hulp bij je aanvraag van deze uitkering werkten we een stappenplan uit:

Laatst gewijzigd: 04/01/2024 - 11:51

Stappenplan: Uitkeringsaanvragen

Tools

Bedrag uitkering

De kunstwerkuitkering berekent men op basis van een gemiddeld dagloon. Dit gemiddeld dagloon is gelijk aan 1/156e van de som van alle brutolonen die je hebt ontvangen in de 24 maanden voor je aanvraag. De kunstwerkuitkering bedraagt steeds 60% van dit gemiddeld dagloon dat als berekeningsbasis dient. 

Voorbeeld

Een danser met opeenvolgende tewerkstellingen doet een uitkeringsaanvraag voor een kunstwerkuitkering in januari 2024. In de periode van 24 maanden voor de aanvraag heeft hij brutolonen ontvangen ten bedrage van 17.000 euro. Het gemiddeld dagloon bedraagt 1/156e van 17.000 euro = 108,97 euro. 60% van 108,97 euro is gelijk aan 65,38 euro. Dit is dan het dagbedrag van zijn kunstwerkuitkering.

De maximale loongrens is 3.074,83 euro per maand. Om het gemiddeld dagloon te berekenen deel je het maandloon door 26. Het maximale gemiddeld dagloon is dan maximaal gelijk aan 118,26. De kunstwerkuitkering bedraagt 60% van dit bedrag. Het maximale dagbedrag van de kunstwerkuitkering bedraagt dus 70,96 euro.

Voorbeeld

Een actrice met opeenvolgende tewerkstellingen doet een uitkeringsaanvraag voor een kunstwerkuitkering in januari 2024. In de periode van 24 maanden voor de aanvraag heeft zij brutolonen ontvangen ten bedrage van 20.000 euro. Haar gemiddeld dagloon bedraagt 1/156e van 20.000 euro = 128,20 euro. Het maximale gemiddeld dagloon is echter vastgesteld op 118,26 euro (op basis van de loongrens van 3.074,83 euro per maand). 60% van 118,26 euro is gelijk aan 70,96 euro. Het dagbedrag van haar kunstwerkuitkering is dus het maximale dagbedrag van 70,96 euro.

Het minimale dagbedrag van de kunstwerkuitkering is afhankelijk van je gezinssituatie en bedraagt minstens 68,34 euro met gezinslast of 60,21 euro zonder gezinslast.

Opgelet

Ligt de datum van je uitkeringsaanvraag nog voor 1 januari 2024? Dan past de RVA de oude berekeningsregels van het gemiddeld dagloon toe. 

Bv. je bent ingeschreven als werkzoekende op 20 december 2023. Je dient een uitkeringsaanvraag in via je uitbetalingsinstelling op 7 januari 2024. De datum van je uitkeringsaanvraag ligt op 20 december 2023. De oude berekeningsregels zijn van toepassing.

Hernieuwen van de uitkering

Je hebt recht op een kunstwerkuitkering voor een periode van 36 maanden. Na deze periode kan je een hernieuwing van de uitkering aanvragen. De kunstwerkuitkering wordt niet automatisch verlengd. Je kan vanaf de maand voor de maand waarin deze periode verstrijkt een hernieuwing van de uitkering aanvragen via jouw uitbetalingsinstelling.

Voorbeeld

De uitkering van een muzikant verstrijkt in de loop van de maand oktober. Hij kan dus vanaf 1 september een hernieuwing aanvragen.

De RVA hernieuwt de kunstwerkuitkering wanneer je

  • 78 gewerkte dagen kunt bewijzen binnen die 36 maanden, of
  • 39 gewerkte dagen kunt bewijzen binnen die 36 maanden als je al minstens 18 jaar beroep doet op de voordeelregels voor kunstenaars/kunstwerkers, of wanneer je in die periode een moederschaps- of adoptieverlofuitkering kreeg.

Je kan deze dagen via de omzettingsregel aantonen: waarbij het brutoloon wordt omgezet in gewerkte dagen.

Je kan een hernieuwing aanvragen als je in het bezit bent van een kunstwerkattest plus. Bij een hernieuwing kan je verder ook een herziening van het bedrag van je kunstwerkuitkering aanvragen aan de hand van de volgende stappen:

  • Bekijk in welk kwartaal van de referteperiode van 36 maanden je het meeste verdiende.
  • Maak de som van alle brutolonen die je in dat kwartaal verdiende.
  • Deel die som door 78 (of 39).

Geeft dit resultaat een hoger gemiddeld dagloon dan de oude berekening? Indien ja, dan kan je aanvragen om dit dagloon in aanmerking te nemen voor de herziening van je kunstwerkuitkering. Je vraagt dit wel uitdrukkelijk aan op het ogenblik van je aanvraag tot hernieuwing via je uitbetalingsinstelling.

Activiteiten naast een kunstwerkuitkering

Je kunt in bepaalde gevallen werk verrichten met behoud van je kunstwerkuitkering. In andere gevallen krijg je geen uitkering. Hieronder geven we een overzicht van welke activiteiten een impact hebben op de uitbetaling van je uitkering.

Controlekaart

Je dient maandelijks een controlekaart in via je uitbetalingsinstelling. Op die kaart duid je de gewerkte dagen, ziektedagen en vakantiedagen aan. Aan de hand van de controlekaart kan de uitbetalingsinstelling nagaan hoeveel je in een bepaalde maand werkte. Op dagen dat je werkt, ziek bent of op vakantie gaat, krijg je geen kunstwerkuitkering.

Arbeidsdagen op je controlekaart

  • Aanwezigheid bij de tentoonstelling van je kunstwerken, als je zelf instaat voor de verkoop of als je een contract hebt met de verkoper waarin staat dat je aanwezig moet zijn.
  • Activiteiten die je verricht via een arbeidsovereenkomst of een 1bis-overeenkomst.
  • Activiteiten in het kader van een statutaire tewerkstelling.
  • Activiteiten uitgevoerd tegen betaling van een loon.
  • Activiteiten in het kader van de AKV.

Voor deze dagen krijg je geen uitkering.

Je werkt als werknemer

Bij werk als werknemer duid je elke gewerkte dag (ook een zondag) aan op je controlekaart. Voor deze dagen krijg je geen uitkering.

Opgelet!

Heb je een contract afgesloten voor minstens 28 dagen? Dan schrijf je je opnieuw in als werkzoekende bij de VDAB of Actiris en dien je daarna een nieuwe uitkeringsaanvraag in via je uitbetalingsinstelling. Je kan opnieuw kunstwerkuitkeringen aanvragen als je nog in de periode van 36 maanden bevindt waarop je recht hebt op de uitkering.

Je loon is onderworpen aan een cumulregel. De RVA past de cumulregel toe om een ‘niet-vergoedbare periode’ te berekenen: dit is een aantal dagen waarop je geen uitkering krijgt. De cumulregel wordt berekend op kwartaalbasis: op basis van alle brutolonen die je in dat kwartaal ontving.

De formule is [YA – (C x Y)] : Y.

Hierbij staat YA voor het brutoloon, C voor het aantal gewerkte dagen (zoals aangegeven op de controlekaart) en Y voor 5/52ste van het gewaarborgd minimum maandinkomen (191,75 vanaf januari 2024). Het resultaat wordt afgerond naar beneden. 

Voorbeeld

Een circusartieste werkt in de maanden januari tot maart als werknemer en krijgt daarvoor brutolonen voor een totaalbedrag van 6.500 euro. Ze duidt hiervoor 27 gewerkte dagen aan op haar controlekaart. Voor die aangeduide dagen ontvangt ze geen kunstwerkuitkering. De RVA berekent na het gewerkte kwartaal of een extra periode van toepassing is waarop de circusartieste geen uitkering krijgt (= niet-vergoedbare periode).

[6.500 – (27 x 191,75)] : 191,75 = 6

De circusartieste heeft voor 27 dagen (aangegeven gewerkte dagen januari tot maart) plus 6 extra dagen in de maand april (resultaat van de cumulberekening) geen recht op een uitkering.

Per kwartaal wordt het resultaat van de berekening beperkt tot maximaal 78 kalenderdagen.

Aandachtspunten

  • Tijdens de niet-vergoedbare periode blijf je alle arbeidsdagen en andere niet-vergoedbare dagen (ziekte, betaalde vakantie, verblijf in het buitenland, …) aanduiden op je controlekaart (met de letter A).  
  • De lonen die onderworpen zijn aan de barema’s in de cao gesloten binnen PC 303.01 (filmbedrijf) tellen niet mee in de berekening van de cumulregel. Als werknemer binnen PC 303.01 dien je een formulier C188.2 in bij je uitbetalingsinstelling om dit loon vrij te stellen. Je dient dit formulier in aan het einde van de maand van de arbeidsprestatie.
  • Je hebt de mogelijkheid om dagen die niet gedekt zijn door de arbeidsovereenkomst maar waarop je toch aan het werk was (bv. bij een repetitie) aan te duiden op je controlekaart. Om deze dagen al te laten meetellen in het kader van de niet-vergoedbare periode kan je aangifte doen via het formulier C188.2. Ook dagen die je in het buitenland hebt gewerkt kan je op die manier al laten meetellen.
  • Opgelet met een deeltijds contract van onbepaalde duur. Heb je een deeltijdse arbeidsovereenkomst van onbepaalde duur afgesloten? Dan kan je dat niet combineren met een kunstwerkuitkering. Wel kan je de kunstwerkuitkering omzetten naar een inkomensgarantieuitkering. Deze uitkering boven op je loon vraag je aan binnen de 2 maanden na aanvang van de activiteit. Je kan de afwijkende regels van de kunstwerkuitkering blijven volgen (bv. uitoefenen van een zelfstandig bijberoep).

Combinatie met andere inkomsten

1. Je bent zelfstandige in bijberoep of je krijgt auteurs- of naburige rechten

Je mag zelfstandige activiteiten in bijberoep aanvatten en uitoefenen tijdens je werkloosheid. Je doet hiervan aangifte via het formulier C181 van de RVA. Inkomsten uit auteursrechten dien je niet aan te geven via dit formulier.

Is het netto-belastbaar inkomen uit deze activiteiten niet hoger dan 10.629,84 euro op jaarbasis (bedrag van toepassing vanaf 1/11/2023), dan ontvang je een volledige kunstwerkuitkering. Ligt het bedrag hoger, dan wordt je daguitkering verminderd met 1/312e van het overschrijdende bedrag. 

Voorbeeld

Een muzikante ontvangt een uitkering van 62,46 euro per dag. Het netto-belastbaar inkomen uit haar zelfstandige activiteiten bedraagt 12.000 euro. Ze overschrijdt het maximumbedrag dus met 12.000 euro – 10.629,84 euro = 1.370,16 euro. 1.370,16 euro : 312 = 4,39 euro. Het bedrag van haar daguitkering wordt met 4,39 euro verminderd tot 58,07 euro.

Bij de aangifte van je activiteit, met het formulier C181, vul je in hoeveel je inkomsten bedragen of hoeveel je schat dat ze zullen bedragen. Je doet een aangifte van een zelfstandig bijberoep bij aanvang van de kunstwerkuitkering of bij aanvang van de zelfstandige activiteit. Start of stop je de activiteit in de loop van het jaar, dan zal het jaarbedrag berekend worden in functie van hoeveel dagen je actief bent geweest (26 dagen per actieve maand). Ontvang je meer inkomsten dan verwacht, dan moet je een corrigerende aangifte indienen.

Van zodra de RVA je fiscaal aanslagbiljet heeft ontvangen, volgt een voorlopige berekening. Je kan aan de RVA vragen om een nieuwe berekening te maken op basis van de inkomsten die je uit deze activiteiten krijgt over een periode van 3 jaar. Dat kan interessant zijn als je bijvoorbeeld een jaar veel inkomsten had, maar de andere jaren de drempel van 10.629,84 euro niet overschreed. 

Het is mogelijk dat je achterstallige uitkeringen ontvangt, maar het is ook mogelijk dat je een gedeelte van de ontvangen uitkeringen moet terugbetalen. We raden aan om het aanslagbiljet zo snel mogelijk in te dienen bij de RVA, omdat de verrekening dan veel sneller gebeurt dan wanneer de RVA het (soms pas 2 jaar later) ontvangt van de fiscus. Als je geen of een onjuist formulier C181 invult, kan de RVA je sanctioneren en je daguitkering verminderen met 1/312e van het volledige bedrag dat je hebt verdiend (in plaats van 1/312e van het bedrag dat de 10.629,84 euro overschrijdt).

Occasionele inkomsten die je ontvangt, vallen ook onder dit grensbedrag.

2. Je bent zelfstandige in hoofdberoep 

Zodra je bijberoep een hoofdberoep wordt (rekening houdend met de tijd die je eraan besteedt, de inkomsten, de investeringen, enzovoort), verlies je het recht op een uitkering. 

Is dit volgens de RVA het geval, dan word je uitgenodigd om je argumenten uiteen te zetten. Het uitoefenen van een zelfstandig hoofdberoep van minstens 3 maanden schorst de afloop van de toepassingsperiode tot het einde van je zelfstandig hoofdberoep. Op het einde van je zelfstandig hoofdberoep kan je een hernieuwing van de kunstwerkuitkering aanvragen. De referteperiode waarin je dagen voor de hernieuwing moet bewijzen wordt verlengd met de periode van je zelfstandig hoofdberoep.

 

Transitiepremie

Verlaat je het stelsel van de kunstwerkuitkering voor een zelfstandig hoofdberoep in Vlaanderen? Dan kan je aanspraak maken op een transitiepremie. Gedurende 24 maanden kan je een zelfstandig hoofdberoep combineren met een premie van 172,30 euro tot 574 euro per kwartaal.

3. Je krijgt een vergoeding via de amateurkunstenvergoeding (AKV)

De dag waarop je een artistieke prestatie verricht tegen betaling met een AKV, duid je op de controlekaart aan als een gewerkte dag (optie 'arbeid' en vervolgens 'normale arbeid'). Je krijgt voor deze dag geen uitkering. Aangezien er geen sociale zekerheidsbijdragen betaald worden, telt deze dag niet mee als een arbeidsdag of als loon (bijvoorbeeld om de kunstwerkuitkering te hernieuwen of om een hogere uitkering te vragen).

4. Je krijgt een onkostenvergoeding als vrijwilliger 

Als je actief bent als vrijwilliger, vraag je vooraf de toestemming van de RVA met een formulier C45B. Een onbezoldigd bestuurder in een vzw is ook een vrijwilliger. Krijg je de toestemming van de RVA om vrijwilligerswerk uit te oefenen, dan mag je eventuele vrijwilligersvergoedingen cumuleren met je uitkering.

Vrijwilligersvergoedingen kunnen forfaitair zijn (in 2023 maximum 40,67 euro per dag en 1.626,77 euro per jaar) of kunnen een terugbetaling zijn van je reële kosten. Je geeft vrijwilligersvergoedingen aan met het formulier C45B. Aangezien er geen sociale zekerheidsbijdragen betaald worden, telt vrijwilligerswerk niet mee als een gewerkte dag (bijvoorbeeld om de kunstwerkuitkering te hernieuwen). Gaat het om een eenmalige vrijwillige activiteit? Dan hoef je die niet aan te geven.

Interpretatie RVA

De RVA aanvaardt niet dat je in combinatie met een kunstwerkuitkering een mandaat opneemt in een vzw die de eigen loopbaan of de loopbanen van meerdere artiesten beheert.

5. Je bent bezoldigd bestuurder van een rechtspersoon

Als je bezoldigd bestuurder bent van een vzw, vennootschap of stichting, meld je dat aan de RVA via het formulier C181. Op het formulier C181 vul je in hoeveel je inkomsten bedragen, of hoeveel je denkt dat ze zullen bedragen. De impact van je inkomsten is dezelfde als voor een zelfstandige in bijberoep.

6. Je oefent verenigingswerk uit

Voor verenigingswerk geldt een specifieke regeling. De RVA onderscheidt 2 situaties:

  1. Je hebt al een overeenkomst voor verenigingswerk lopen voordat je een kunstwerkuitkering aanvraagt. Je mag die overeenkomst verderzetten met behoud van je uitkeringen. Je doet aangifte bij de RVA met een formulier C44. Je hoeft de activiteit niet aan te duiden op de controlekaart.
  2. Je sluit een nieuwe overeenkomst voor verenigingswerk af op het moment dat je al recht hebt op een kunstwerkuitkering. Je mag het verenigingswerk uitoefenen maar je verliest het recht op een uitkering voor de dagen waarop je werkt. Je duidt die dagen aan op de controlekaart.

7.  Je oefent een bezoldigd mandaat uit in een adviesorgaan van de culturele sector of in de Kunstwerkcommissie

Ontvang je een zitpenning voor een mandaat in een adviesorgaan in de culturele sector of in de Kunstwerkcommissie, dan kan je die inkomsten tot een bedrag van 2.050,45 euro (in 2023) combineren met een werkloosheidsuitkering. Je hoeft die activiteiten niet op je controlekaart te vermelden. Als je het maximaal jaarlijks bedrag overschrijdt, mag je het mandaat blijven uitoefenen maar duid je die mandaten vanaf de overschrijding aan op je controlekaart (zwart vakje). Je doet aangifte van het bezoldigd mandaat bij de RVA via het formulier C46 en via het formulier C1. Je dient deze inkomsten niet te melden op het formulier C181.

Passieve beschikbaarheid voor de arbeidsmarkt

In tegenstelling tot het oude ‘kunstenaarsstatuut’ dienen kunstwerkers met een kunstwerkuitkering niet actief beschikbaar te zijn voor de arbeidsmarkt. Als kunstwerker word je niet onderworpen aan de actieve controle op jouw zoekgedrag. De gewestelijke arbeidsbemiddelingsdiensten (VDAB, Actiris, Forem) zullen je dus niet oproepen om jobaanbiedingen te aanvaarden in een sector buiten de kunstensector. Voor jobaanbiedingen binnen de kunstensector dien je wel in te gaan op uitnodigingen en begeleidingen. Je bent wel nog steeds ingeschreven als werkzoekende.

Terugkeer naar een kunstwerkuitkering

In bepaalde gevallen loopt het recht op een kunstwerkuitkering af. Dit is het geval als je bij een hernieuwing geen 78 (of 39) dagen kan bewijzen of niet over een kunstwerkattest plus beschikt.

Je wordt opnieuw toegelaten (= terugkeer) tot een kunstwerkuitkering als je ofwel 78 arbeidsdagen in een referteperiode van 12 maanden bewijst, ofwel 156 arbeidsdagen in een referteperiode van 24 maanden bewijst.

Einde recht op een kunstwerkuitkering

Heb je geen recht meer op een kunstwerkuitkering? Dan kan je binnen de 12 maanden na het einde van je recht aanspraak maken op een forfaitaire werkloosheidsuitkering. Doe hiervoor een uitkeringsaanvraag samen met een aangifte via het formulier C1 bij je uitbetalingsinstelling.

Afstand nemen van een kunstwerkuitkering

Wens je geen kunstwerkuitkering meer te ontvangen, dan kan je afstand doen van dit recht. Daarvoor dien je een formulier C184.2-afstand in bij je uitbetalingsinstelling. Na de afstand kan je een recht openen op een gewone werkloosheids- of inschakelingsuitkering. Na een wachtperiode van 24 maanden kan je opnieuw een kunstwerkuitkering aanvragen als je aan de voorwaarden voldoet.

Opgelet!

Doe je afstand van een kunstwerkuitkering, dan zijn de specifieke voordeelregels binnen de regeling van de kunstwerkuitkering niet meer van toepassing (inkomsten uit andere activiteiten, omzettingsregel …).

* De bedragen in dit artikel volgen de indexatie van het gemiddeld minimummaandinkomen.

Meer info?

Meer informatie vind je in de infobladen van de RVA, onder meer in:

  • T191 "Welke specifieke regels zijn van toepassing zijn van toepassing op kunstwerkers vanaf 1 januari 2024?"
  • T29: “U genoot het voordeel van de bevriezing van de degressiviteit als artiest of als technicus in de artistieke sector – Wat verandert er als gevolg van de hervorming van de reglementering voor werknemers tewerkgesteld in de kunstensector?”
  • T30: “Wilt u de toepassing genieten van de nieuwe specifieke regels voor kunstwerkers?”
  • T31: “Hebt u recht op uitkeringen na een tewerkstelling?”
  • T41: “Mag u een activiteit uitoefenen tijdens uw volledige werkloosheid?”
  • T42: “Mag u een vrijwillige activiteit verrichten voor een privépersoon of een organisatie?”
  • T67: “Hoeveel bedraagt uw uitkering na een tewerkstelling?”

Met welke vragen kan je bij Cultuurloket terecht?

We krijgen heel wat vragen binnen via ons contactformulier over de hervorming van het kunstenaarsstatuut. Om ervoor te zorgen dat je met je vragen bij de juiste organisatie aanklopt, lijsten we even op waarvoor je bij ons terecht kan. Neem contact met ons op in volgende gevallen:

  • Kom ik in aanmerking voor de kunstwerkuitkering? Voor de praktische zaken van je aanvraag neem je contact op met je uitbetalingsinstelling, die de aanvraag ook indient bij de RVA.
  • Welk statuut is voor mij interessant: zelfstandige of werknemer?
  • Hoe past de kunstwerkuitkering binnen mijn bredere verdienmodel?
  • Hoe kan ik naast de kunstwerkuitkering bijverdienen?
  • Andere vragen over werken, ondernemen of tewerkgesteld worden in de cultuursector.

Info

Heb je vragen over de veranderingen in sociale zekerheidsregels voor kunstwerkers? Check dan eerst even onze kennisbank voor verhelderende artikels over de amateurkunstenvergoeding en het nieuwe kunstwerkattest en de Kunstwerkcommissie. Misschien vind je daar onmiddellijk de antwoorden die je zoekt.

Bekijk ook ons gratis webinar 'Een kunstwerkattest via de Kunstwerkcommissie: hoe werkt dat?' of schrijf je nog in voor het webinar 'Van KVR naar amateurkunstenvergoeding'.

1