Alle vergoedingen die aan een bedrijfsleider worden toegekend (met uitzondering van dividenden) behoren tot de bedrijfsleidersbezoldiging, zoals presentiegelden, tantièmes, voordelen van alle aard, ontslagvergoedingen...  

Waarvoor kun je deze vergoeding krijgen?

De bedrijfsleidersbezoldiging (of zaakvoerdersbezoldiging) kan toegekend worden aan natuurlijke personen die 

  1. een mandaat als bestuurder, zaakvoerder, vereffenaar of een gelijkaardige functie in de onderneming vervullen.  
  2. in de vennootschap een leidende functie van dagelijks bestuur, van commerciële, technische of financiële aard vervullen binnen de onderneming, en dit zonder dat zij verbonden zijn door een arbeidsovereenkomst. 

Zowel bedrijfsleiders in een vennootschap als bestuurders van verenigingen die onderworpen zijn aan de vennootschapsbelasting vallen hieronder. 

Voorwaarden en wettelijke bepalingen

Voor het uitoefenen van hun mandaat krijgen bedrijfsleiders en personen met leidende functies in een onderneming in principe een vergoeding. Voor regelmatig verkregen bezoldigingen zullen zij zich moeten inschrijven als zelfstandige. Bedrijfsleiders worden voor de sociale zekerheid immers vermoed zelfstandigen te zijn. 

Enkel indien zij kunnen aantonen dat zij hun mandaat onbezoldigd uitvoeren in rechte en in feite (dus zowel opnemen in de statuten van de onderneming als ook effectief geen enkele vergoeding voor dit mandaat ontvangen), kunnen zij dit vermoeden van zelfstandige weerleggen. In dat geval zijn zij niet verzekeringsplichtig als zelfstandige. Werkende vennoten in een vennootschap (alle vennoten in een VOF of gecommanditeerde vennoten in een CommV), zullen zich steeds moeten inschrijven als zelfstandige. 

 

Opgelet

Kmo’s (vennootschappen) die gebruik willen maken van het verlaagd belastingtarief in de vennootschapsbelasting op de eerste schijf van 100.000 euro moeten een minimale bedrijfsleidersbezoldiging toekennen aan één van haar bedrijfsleiders. Deze voorwaarde is niet van toepassing op vennootschappen tijdens hun eerste vier boekjaren of als zij tenminste de helft van de fiscale winst van de onderneming toekennen aan een bedrijfsleider. 

Bedrijfsleidersbezoldigingen die door een onderneming worden toegekend aan haar bedrijfsleiders moeten worden aangegeven op fiscale fiche 281.20.  

Impact op sociale zekerheid

Op de bedrijfsleidersbezoldigingen worden sociale zekerheidsbijdragen berekend. Deze bezoldigingen tellen mee als beroepsinkomsten die rechten doen ontstaan in de sociale zekerheid van een zelfstandige (pensioen, geneeskundige verzorging, arbeidsongeschiktheid…). 

Belastingen

Bedrijfsleidersbezoldigingen behoren tot het belastbaar beroepsinkomen van de bedrijfsleider. Zij zijn onderworpen aan de personenbelasting van de bedrijfsleider. Op deze bezoldigingen zal de onderneming bedrijfsvoorheffing inhouden en doorstorten.  

Op bedrijfsleidersbezoldigingen moet er geen btw berekend worden. 

Combinatiemogelijkheden

Als je regelmatig bedrijfsleidersbezoldigingen ontvangt, zal je voor de sociale zekerheid vermoed worden een zelfstandige te zijn. 

Inkomsten als werknemer    

Je kunt inkomsten als zelfstandige combineren met inkomsten als werknemer.  

Inkomsten uit auteursrechten of naburige rechten   
   
Je kunt je inkomsten combineren met auteursrechten of naburige rechten.    

Amateurkunstenvergoeding (AKV)

Je kunt je inkomsten combineren met prestaties waarvoor je vergoed wordt met de AKV, maar niet tegelijkertijd, tenzij je kunt aantonen dat de prestaties als zelfstandige duidelijk van een andere aard zijn.

Vrijwilligersvergoeding   
   
Je kunt je inkomsten combineren met prestaties waarvoor je een vrijwilligersvergoeding krijgt.   

Pensioen   
   
Als gepensioneerde zelfstandige, mag je onbeperkt bijverdienen vanaf 65 jaar of na een loopbaan van 45 jaar. Als je jonger bent dan 65 jaar of geen loopbaan hebt van 45 jaar, kunnen je inkomsten een invloed hebben op je pensioen. Inkomsten uit artistieke activiteiten hebben echter geen invloed op je pensioen. Voor gepensioneerde ambtenaren geldt dit enkel voor je nominaal pensioen, niet voor het supplement op je pensioen.    

Werkloosheid   
   
Als zelfstandige in hoofdberoep heb je geen recht op een werkloosheidsuitkering.  
  
Je mag een zelfstandige activiteit in bijberoep, die je reeds uitoefende gedurende minstens drie maanden vóór de aanvang van de werkloosheid, voortzetten, maar niet tijdens weekdagen tussen 7 en 18u en sommige activiteiten, zoals nachtwaker en werken in de horeca, zijn uitgesloten.  
  
Artistieke activiteiten mag je tijdens je werkloosheid aanvatten als zelfstandige in bijberoep. En je mag ze 24/7 uitoefenen.  

Arbeidsongeschiktheidsuitkering   
   
De regels zijn verschillend naargelang je een arbeidsongeschiktheidsuitkering krijgt als werknemer of als zelfstandige. In beide gevallen heb je de toelating nodig van de adviserende geneesheer van je mutualiteit om te mogen werken. De geneesheer kan beslissen om de arbeidsongeschiktheid te beëindigen, als hij oordeelt dat je niet langer minstens 50% arbeidsongeschikt bent. Als je toelating krijgt, wordt de uitkering na zes maanden verminderd met 10%.  

Loopbaanonderbreking   
   
In geval van volledige schorsing van de arbeidsovereenkomst, kun je een zelfstandige activiteit aanvangen of voortzetten.  Gedurende een jaar behoud je je uitkering. Nadien kun je in volledige loopbaanonderbreking blijven zonder uitkering tot het ogenblik waarop de loopbaanonderbreking afloopt.  

Tijdskrediet   
   
Je mag een bijkomende activiteit als zelfstandige die je reeds uitoefende sinds minstens twaalf maanden voor de aanvang van het tijdskrediet voortzetten. Je mag deze activiteit niet uitbreiden. Je moet ze aangeven bij de RVA bij de aanvraag van de uitkering. Gedurende een jaar behoud je je uitkering. Nadien kun je je activiteit verderzetten tot het einde van je tijdskrediet, maar zonder uitkering.  
   
Als je een tijdskrediet zonder uitkeringen aanvraagt, mag je eender welke beroepsactiviteit uitoefenen.   

Internationalisering

Indien een buitenlandse bedrijfsleider in een Belgische vennootschap een functie heeft als zaakvoerder of omgekeerd een Belgische bedrijfsleider een leidende functie heeft in een buitenlandse onderneming, moeten we rekening houden met de Europese Verordening 883/04 van 1 mei 2010.  

Daarnaast kan er ook een overeenkomst over de sociale zekerheid van de onderdanen afgesloten zijn tussen België en het land waar de bedrijfsleider gedomicilieerd is / het land waar de Belgische bedrijfsleider zijn functie uitoefent. 

Bij een grensoverschrijdende tewerkstelling kan je steeds terecht bij de Dienst Internationale Overeenkomsten van de RSVZ. 

Voor de belastingen kan je in dubbelbelastingverdragen nagaan welke afspraken tussen landen werden gemaakt om te vermijden dat je tweemaal belastingen betaalt. 

In principe is de Verdragstaat waar de onderneming waarvan je bestuurder bent bevoegd om belastingen te heffen op de bedrijfsleidersbezoldigingen die je verkrijgt. 

1